Bij de realisatie van de gebouwen aan Molenborre in de jaren ’90 waren er twee innames stadseigendom.
Enerzijds werd er bij de bouw van het handelspand op de hoek van de Basiliekstraat en de Molenborre een bijkomende oppervlakte van 17m² ingenomen. Anderzijds was er een inname door de huisvestingsmaatschappij van ca. 75m² afgebeeld in het oranje als “oppervlakte C” op het opmetingsplan van 24 maart 1999 van de landmeter-expert Johan Delvoye.
Beide innames maakten het voorwerp uit van een vergadering in 2005 met de huisvestingsmaatschappij Zennevallei, die principieel akkoord ging met de verkoop aan de huisvestingsmaatschappij zoals blijkt uit de collegenotulen van 26 oktober 2005 en latere notulen van 2 maart 2007.
De regeling houdende desaffectatie en verkoop van de twee innames werd vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 oktober 2010 nadat Woonpunt Zennevallei zich per brief dd. 13 september 2010 akkoord verklaarde met genoemde regeling houdende verkoop van beide stukken.
Op 28 juni 2013 stelde het college van burgemeester en schepenen notaris Diegenant aan voor de opmaak van de akte. De gemeenteraad keurde het ontwerp van akte houdende de verkoop van beide stukken grond goed in zitting van 24 juni 2014 waarna de ondertekening werd uitgesteld op verzoek van Woonpunt Zennevallei.
Ondertussen waren de regels inzake prekadastratie ingevoerd wat impliceerde dat er een nieuw opmetingsplan voor beide gronden moest worden opgemaakt. Deze plannen werden opgemaakt op 24 oktober 2016. Wat deze plannen betreft kwam in januari 2018 de vraag van het notariaat van Woonpunt Zennevallei om de gronden rechtstreeks aan de huidige aangelande eigenaars te verkopen en in die zin een splitsing te maken op het opmetingsplan. De stad Halle had echter een akkoord met Woonpunt Zennevallei wat betreft de aankoop en niet met de aangelande eigenaars.
Om het dossier alsnog te kunnen afronden kwam in 2022 dan het voorstel om de stukken grond aan de Molenborre te ruilen tegen het perceel kadastraal gekend Halle 5, sectie B, 385W5 in de Luxemburgstraat in Lembeek van Woonpunt Zennevallei. De ruil zou plaatsvinden met gesloten beurzen.
Het college van burgemeester en schepenen nam in zitting van 25 februari 2022 kennis van het schattingsverslag van het perceel Halle 5, sectie B, 385W5 dat werd gewaardeerd aan 32.000 euro en gaf opdracht tot het actualiseren van het schattingsverslag van de innames aan de Molenborre.
Het nieuwe schattingsverslag werd voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen op 8 april 2022. De inname van perceelsnummer 658C2 (ca. 75m ²) werd geraamd op 9.980 euro en de inname van 665V (ca. 17 m ²) op 8.250 euro ofwel samen op 18.230 euro. Het college van burgemeester en schepenen ging in diezelfde zitting principieel akkoord met een ruil met Woonpunt Zennevallei van twee innames aan de Molenborre tegen het perceel kadastraal gekend Halle 5, sectie C, 385W5 en besloot om de notaris te verzoeken de akte in die zin aan te passen.
Het aangepast en geactualiseerd ontwerp van akte werd recent overgemaakt.
Met de ruil worden enerzijds twee historische innames stadsgrond aan Molenborre eindelijk geregulariseerd. Anderzijds verwerft de stad Halle het perceel kadastraal gekend Halle 5, sectie B, 385W5 gelegen aan de Luxemburgstraat in Lembeek.
Het perceel aan de Luxemburgstraat heeft een kadastrale oppervlakte van 239m² en is gelegen in woongebied maar komt stedenbouwkundig niet in aanmerking voor woningbouw. Het perceel heeft immers een breedte van 10,5 meter. Gelet links en rechts aanpalende driegevelwoningen betreffen dient op het perceel een open bebouwing voorzien te worden waarbij bouwvrije stroken links en rechts van 3 meter worden gehanteerd, wat een bouwbreedte overlaat van circa 4,5 meter, hetgeen stedenbouwkundig niet aanvaardbaar is.
Het perceel is op dit ogenblik braakliggend en bevindt zich in een overwoekerde toestand. Het perceel kan na verwerving door de stad ingericht worden met speeltoestellen of als openbaar buurtgroen.
De omzendbrief over de transacties van onroerende goederen door lokale besturen bepaalt dat het bestuur een schattingsverslag nodig heeft voor de objectieve waardebepaling van de onroerende transacties. De schattingsprijs is in principe de minimumprijs (in geval van verkoop) of maximumprijs (in geval van aankoop) voor de onroerende transactie.
Op basis van de twee schattingsverslagen blijkt het perceel kadastraal gekend 385W5 in de Luxemburgstraat een hogere waarde te hebben (32.000 euro) dan de gronden aan de Molenborre (18.230 euro) waardoor een ruil met gesloten beurzen gerechtvaardigd is in hoofde van de stad Halle.
De notariskosten worden gedeeld in twee gelijke delen tussen beide partijen.
Op basis van de schattingsverslagen is de ruil financieel interessant voor de stad.
Bestelbon 2024/1188 werd gemaakt voor de ereloonkosten notaris De Kegel.
Het ontwerp van akte houdende de ruil met Woonpunt Zennevallei van twee innames aan de Molenborre uit grotere percelen kadastraal gekend Halle 1, sectie G, 665V en 658C2 tegen het perceel kadastraal gekend Halle 5, sectie C, 385W5 aan de Luxemburgstraat in Lembeek wordt goedgekeurd.