Op 26/05/2023 werd een omgevingsvergunning aangevraagd voor een nieuw landschapsplan met verschillende terrein- en infrastructuurwerken aan de sportsite en eigendommen van de Koninklijke Belgische Voetbalbond (afk. KBVB) tussen de Bergensesteenweg en de Veroonslinde. Op 20/07/2023 werd de projectinhoudversie gewijzigd. Op 26/07/2023 werd het dossier volledig en ontvankelijk verklaard.
Het openbaar onderzoek liep van 04/08/2023 t.e.m. 02/09/2023. Binnen deze termijn werden er geen bezwaarschriften ingediend.
Het college van burgemeester en schepenen dient tegen uiterlijk 07/01/2024 een beslissing te vormen over het al dan niet afleveren van een omgevingsvergunning.
Een onderdeel van de vergunningsaanvraag betreft het voorstel om het traject van een gemeenteweg (opgenomen als voetweg nr. 50 in de atlas der buurtwegen van Lembeek) in het verlengde van de Kleine Molenstraat te verbreden en te verplaatsen opdat dit geherwaardeerd wordt en een aansluiting krijgt op de Veroonslinde. De voetweg kent in de atlas namelijk een doodlopend traject. In de feiten is het traject niet meer overal zichtbaar en theoretisch zou het overheen het bestaand talud van het voetbalveld uitkomen op de private opritzone van de trainingsvelden van de KBVB waar het traject abrupt stopt.
Gelet deze aanvraag tot wijziging en verplaatsing van een bestaande gemeenteweg initieel het voorwerp uitmaakt van een omgevingsvergunningsaanvraag dient de gemeenteraad voorafgaandelijk aan het behandelen en eventueel goedkeuren van de zaak der wegen te beslissen over het al dan niet wijzigen van het bestaand het traject van voetweg nr. 50 en de aansluiting op het gemeentelijk rooilijnplan van de Kleine Molenstraat.
Ontvankelijkheid van de aanvraag tot verplaatsing en verbreding van voetweg nr. 55 (atlas Lembeek):
Voorliggend dossier van omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2023071966 bevat een ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan tot verbreding en verplaatsing van de wegzate van voetweg nr. 50 te Lembeek. Dit is conform artikel 12 § 2 uit het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 dat stelt:
“§ 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat."
"Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.”
Het Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning bepaalt in artikel 31 § 1 het volgende:
“§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.”
Verenigbaarheid ruimtelijke context:
De projectcontouren van het geheel situeren zich binnen het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan – cluster N6-N7 – Deelplan ontginningsgebied Stasbeek met als bestemmingszone volgens artikel 3: ‘ontginningsgebied’ (3.1) met nabestemming ‘recreatie- en sportgebied’ (3.2)’. Het deelplan ontginningsgebied voorziet tevens een verbinding voor traag verkeer met volgende voorschriften:
“Doorheen het gebied moet minstens één trage weg worden aangelegd tussen Bergensesteenweg enerzijds en anderzijds een trage weg en/of Veroonslinde in het achterliggende open ruimte gebied. Deze trage weg moet een nuttige breedte van minstens 2,40m hebben en te allen tijden publiek toegankelijk zijn.
Het voorkeurtracé van deze trage weg is indicatief aangeduid op het grafisch plan. Er kan worden afgeweken van dit tracé ten behoeve van een optimale inpassing van de sportinfrastructuur, vanuit het oogpunt van een compact ruimtegebruik, de logische functionele onderlinge samenhang van de verschillende terreinen, constructies en gebouwen en/of de landschappelijke inpassing ervan.”
Bij de goedkeuringsprocedure van bovengenoemd Provinciaal RUP werd geen apart rooilijndossier behandeld. De beoogde verbreding en verplaatsing heeft bovendien ook rechtstreeks betrekking op het gemeentelijk rooilijnplan van de Kleine Molenstraat zoals definitief vastgesteld door de gemeenteraad op 23 februari 1999 en de aansluiting van de rooilijnen van voetweg nr. 50 zoals vastgelegd ten tijde van de opmaak van de atlas der buurtwegen van Lembeek circa 1847.
*er dient te worden opgemerkt dat op het gemeentelijk rooilijnplan van de Kleine Molenstraat verkeerdelijk voetweg nr. 30 werd geschreven i.p.v. voetweg nr. 50.
Gelet het Provinciaal RUP past het voorstel binnen het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. De gemeenteraad dient bij het vormen van een besluit rekening te houden met onderstaande principes overeenkomstig art. 4 uit het gemeentewegendecreet:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
De beoogde verbreding en verplaatsing (met in principe ook een verlenging) is in deze casus ten bate van het publiek. Op heden is er op het terrein geen kenmerkende wegzate meer op te werken omdat dit ingewerkt is in de akker(s) en over het stijl talud van het bestaand voetbalveld loopt waarna het juridisch doodloopt op de private opritzone van de trainingsvelden van de KBVB.
Het voorliggende omgevingsproject zorgt dus voor een herwaardering van voetweg nr. 50 uit de atlas der buurtwegen van Lembeek waarbij het traject dat nu een breedte heeft van 3,40m wordt verbreed naar 4,00m om zodoende in de toekomst traag wandel- en fietsverkeer in beide richtingen op een veiligere manier te kunnen laten verlopen en een aansluiting te voorzien op de Veroonslinde.
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
Bij het dossier werd een beschrijvende nota toegevoegd (zie doc. ‘Beschrijvende nota Halle’ bij de bijlagen). Daarin wordt eveneens de bestemming uit het Provinciaal RUP aangehaald met de opgelegde verbinding voor traag verkeer tussen de Bergensesteenweg en de Veroonslinde. Er wordt beoogd om geen aanvoer en afvoer van grond uit te voeren maar om dit over het geheel te verspreiden voor de verwezenlijking van een makkelijk begaanbaar traject. Door het traject te laten aansluiten op de Veroonslinde via enkele bochten rondom de ontworpen Finse piste kenmerkt zich een verlenging van het traject waardoor de reliëfverschillen makkelijker weg te werken zijn om zodoende het recreatief gebruik ervan te verbeteren.
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
De voorziene verbreding naar 4,00m kadert binnen de inachtname van de verkeersveiligheid. De trage weg is voorzien voor zowel wandelaars als fietsers. Het traject loopt speciaal rond de recratiezone (en Finse piste) die door de hellingsgraden ook aantrekkelijk zal zijn voor mountainbikers zal aantrekken. Hierdoor wordt de trage weg afgeschermd voor veelvuldig gebruik door mountainbikers. In een latere fase kan eventueel nog een compleet nieuwe trage wegverbinding voorzien worden binnen zone D (zie beschrijvende nota) om zodoende een recreatieve lus te creëren rond natuurgebied.
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
Niet van toepassing gelet de beoogde wegennetwijzigingen hier alleen op het grondgebied van Halle werden ontworpen.
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen;
De wijzigingen worden voorzien op gronden in eigendom van de KBVB. Er worden geen derden betrokken. De actuele functie van voetweg nr. 50 dewelke theoretisch een doodlopend spoor kent wordt door de beoogde wijziging alleen maar verbeterd op vlak van begaanbaarheid, ontsluiting en esthetiek. Het nieuwe traject zal mede dankzij het voorgestelde landschapsplan langsheen bos en natuur lopen.
In de beschrijvende nota is evenwel opgenomen dat de trage weg kan worden afgesloten door bewakers op het moment van matchen/trainingen van de nationale ploeg (rode duivels). Dit druist echter in tegen het handhavingsluik van de gemeentewegen en tegen de voorschriften uit het PRUP. Krachtens art. 38 uit het gemeentewegendecreet is het namelijk verboden om de toegang tot een gemeenteweg of het gebruik ervan te belemmeren, te hinderen of onmogelijk te maken. Het PRUP stelt dat de trage weg te allen tijde publiek toegankelijk moet zijn.
Artikel 36 uit het gemeentewegendecreet laat evenwel toe dat de gemeente of stad een gemeentelijk reglement kan opmaken voor de toegang, het gebruik of het beheer van de gemeentewegen. De gemeenteraad kan zich na de eventuele aflevering van de vergunning nog verder uitspreken over deze kwestie.
Ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan:
Het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan werd opgesteld door landmeter-expert Patrick Carpentier en bestaat uit 2 afzonderlijke delen/plannen.
Deel 1 ‘ROOILIJNPLAN HUIDIG TRACE BUURTWEG 50’ geeft de bestaande situatie weer van de publiekrechtelijke erfdienstbaarheidsstrook (voetweg nr. 50) met een breedte van 3,40m. Op het plan wordt het traject afgebeeld vanaf de Kleine Molenstraat tot op een klein rechthoekig perceeltje (nr.290E) in eigendom van de Vlaamse Watermaatschappij (VMW). Volgens de oorspronkelijke plannen van de atlas der buurtwegen klopt dit echter niet en kent de voetweg eerder al een einde overheen perceelnummer 290F ter hoogte van de private opritstrook van de KBVB. Het traject van de publiekrechtelijke erfdienstbaarheid (voetweg nr. 50) loopt dus juridisch gezien enkel en alleen over volgende kadastrale percelen:
HALLE (23043_5e afdeling Lembeek), sectie B
Eigenaar(s): Union royale belge des Sociétés de Football-Association - Koninklijke Belgische Voetbalbond (Marathonlaan 129 – 1020 Brussel)
Aard: Bouwland
Eigenaar(s): vennootschap O.D.M. (Roeselaarsestraat 179 – 8890 Moorslede)
Aard: Bouwland
Extra info:
Het huidig traject van voetweg nr. 50 vangt aan op de gemeenteweg met als straatnaam Kleine Molenstraat. Deze gemeenteweg is oorspronkelijk een deel van voetweg nr. 50 dat eerder al verplaatst en verbreed werd ingevolge het gemeentelijk rooilijnplan zoals definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 23 februari 1999. Voor de realisatie van de wegzate werden onder meer verschillende innemingen uitgevoerd door stad Halle. Op het plan van de bestaande situatie is te zien dat de zone afgebakend door puntnummers 2-13-14-15 getroffen is door dit rooilijnplan en dat de inname van deze zone op perceelnummer 295 nog niet werd gerealiseerd. Deze zone is voorzien om kosteloos te worden afgestaan aan stad Halle en zal opgelegd worden als voorwaarde bij de behandeling van de zaak der wegen van voorliggend omgevingsdossier.
Deel 2 ‘ROOILIJNPLAN NIEUW TRACE BUURTWEG 50’ geeft de ontworpen situatie weer van de verbreding naar 4,00 m en een verplaatsing/verlenging via enkele bochten overheen perceelnummer 290F om zo aan te sluiten op de Veroonslinde. Het is de bedoeling dat er hiervoor geen grondstroken worden overgedragen. De verplaatsing van voetweg nr. 50 dient begrepen te worden als een verplaatsing van de erfdienstbaarheidsstrook voor publieke doorgang.
Extra info:
Op het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan van de gewenste toestand wordt de getroffen zone van het rooilijnplan van de Kleine Molenstraat overheen perceelnummer 295 afgebakend door een andere puntnummering nl. 2-29-30-31. De over te dragen oppervlakte bedraagt hier volgens meting 2a 35ca (234,87 m²). Zoals eerder aangehaald wordt het luik van de kosteloze grondafstand behandeld in het besluit van de zaak der wegen van omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2023071966.
Minwaarde en meerwaardevergoeding:
Een wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg geeft aanleiding tot een waardevermindering of een waardevermeerdering van de gronden waarop de gemeenteweg gesitueerd is of waarop de gemeenteweg zal gesitueerd worden. Gelet het huidig traject verplaatst en verlengd wordt op dezelfde kadastrale percelen en er geen andere percelen bij betrokken worden en gelet de nabestemming van recreatie- en sportgebied overeenkomstig het PRUP deelplan ontginningsgebied Stasbeek, wordt de meer- en/of minwaardevergoeding in deze casus gelijkgesteld op nul (0,00) euro.
Standpunt van de gemeenteraad:
Het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan ter verbreding en verplaatsing van voetweg nr. 50 tussen de Kleine Molenstraat en de Veroonslinde te Lembeek zoals opgemaakt door landmeter-expert Patrick Carpentier en ingediend in het omgevingsloket op 20/07/2023 als deel van omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2023071966, wordt voorafgaandelijk aan het behandelen van de zaak der wegen goedgekeurd.
Overeenkomstig de artikelen 14 en 19 lid 2 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan tegen deze beslissing een beroep tot schorsing en/of nietigverklaring worden ingesteld bij de Raad van State, afdeling Bestuursrechtspraak, Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel, wegens overtreding van hetzij substantiële, hetzij op straffe van nietigheid voorgeschreven vormen, overschrijding of afwending van macht, binnen 60 dagen vanaf de kennisgeving of bekendmaking. Dit beroep kan worden ingesteld door middel van een aangetekend verzoekschrift dat is ondertekend door de partij of door een advocaat die is ingeschreven op de tabel van de Orde van Advocaten.